De heilige
Schetzelo leefde in de 12e eeuw 14 jaar lang in een grot in het
Grünewald op water uit de Schetz-bron (waar de Witte Ernz ontspringt) en
kruiden uit het bos, gekleed in een lendegordel van schaapsvacht. Toen
een gezant van St. Bernhard hem kleren kwam brengen, bedankt hij
vriendelijk omdat zijn lichaam zo gehard was dat hij ze niet nodig had.Hij
sliep onder de blote hemel. Het verhaal gaat dat ooit 's winters een
jonge haas op zijn gezicht kwam liggen om zich aan zijn adem te
verwarmen.
Schetzelo stierf in 1411 en werd begraven in de grot.
Later is zijn lichaam door de abt van Altmünster overgebracht naar de
abdij en daar in de abdijkerk begraven, in een zilveren sarcofaag. Zijn
graf is tijdens een belegering door de Fransen in 1543 verwoest.Elk jaar, op de tweede zondag in augustus, wordt een mis gehouden bij de grot, om Schetzelo te herdenken en de bossen te zegenen.
St. Schetzelo
In the 12th century Saint Schetzelo lived for fourteen years in a cave in the Grünewald, surviving on water from the "Schetz-well" (the source of the White Ernz) and herbs from the wood. When a messenger of St. Bernhard brought him some clothes, he gently refused, saying his body was so hardened he didn't need them.
He slept outdoors. A legend says that one winter's night a young hare laid down on his face, enjoying his warm breath.
Schetzelo died in 1411 and was buried in the cave. A few years later, the abbot of Altmünster brought his remains to the abbey church and buried them in a silver sarcophag. His grave was destroyed during a French siege in 1543.
Every second sunday in August, an outdoor mass is held at the cave, to remember Schetzelo and to bless the woods.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten